Welke spelsystemen (of strategieën) zijn er bij volleybal?

Er is van alles denkbaar, maar gangbare systemen zijn 6-2 en 5-1. Beide gaan uit van twee buiten- en twee middenspelers. Bij 6-2 zijn er daarnaast twee spelverdelers. De set-up wordt gegeven door de spelverdeler die in het achterveld staat. Het van achteren naar voren lopen (om de set-up te kunnen geven) noemt men wel 'penetratie'. Bij 5-1 is er maar één spelverdeler (en daarnaast een diagonaal) die in principe altijd de set-up geeft. De systemen verschillen verder nog in hoe spelers van positie wisselen gedurende het spel, en de specifieke taken die elke rol moet uitvoeren.